We hebben allemaal zo ons zwakke en sterke kanten. Gelukkig is dat per persoon verschillende. De één is handig en kan goed iets met de handen maken, de ander is meer een denker of een regelaar. De één is altijd druk en heeft energie te veel terwijl de ander dat juist te kort komt. En zo zouden we de verschillen tussen mensen nog veel uitgebreider kunnen neerzetten. We hebben als mensen talenten mee gekregen. En daar maken we wel of geen gebruik van.
Afgelopen zondag zat ik te luisteren naar het verhaal over de talenten. Uit Mattheus 25. Daarin vertelt hij dat een heer voor langere tijd op reis gaat en aan drie slaven ieder een verschillend bedrag toevertrouwt. Elke slaaf ontvangt een bedrag in overeenstemming met zijn bekwaamheid, zijn natuurlijke aanleg. De eerste slaaf ontvangt vijf talenten (en dat schijnt het equivalent te zijn van 125 jaarsalarissen), de tweede slaaf ontvangt twee talenten (equivalent van 50 jaarsalarissen) en de derde ontvangt één talent (gelijk aan ongeveer 25 jaarsalarissen).
Afgelopen zondag zat ik te luisteren naar het verhaal over de talenten. Uit Mattheus 25. Daarin vertelt hij dat een heer voor langere tijd op reis gaat en aan drie slaven ieder een verschillend bedrag toevertrouwt. Elke slaaf ontvangt een bedrag in overeenstemming met zijn bekwaamheid, zijn natuurlijke aanleg. De eerste slaaf ontvangt vijf talenten (en dat schijnt het equivalent te zijn van 125 jaarsalarissen), de tweede slaaf ontvangt twee talenten (equivalent van 50 jaarsalarissen) en de derde ontvangt één talent (gelijk aan ongeveer 25 jaarsalarissen).
U kent de afloop van het verhaal. Bij terugkomst van de heer heeft de slaaf die vijf talenten heeft gekregen er vijf bij verdiend. Hij heeft hard gewerkt, geinvesteerd en goede zaken gedaan voor zijn heer. De slaaf die twee talenten heeft gekregen heeft er ook twee bij verdiend. Beide slaven worden door de heer geprezen. Voor hun goede werk.
De derde slaaf, echter, had zijn talent voor zich gehouden. Weggestopt en er niets mee gedaan. Bij de terugkomst van zijn heer gaf hij zijn talent terug. En daar was zijn heer niet blij mee. Integendeel. Hetgeen hij had gekregen werd de derde slaaf afgepakt en weggeven aan de slaven die wel hun best hadden gedaan. Wel hun heer hadden gediend. En alsof dat niet genoeg was werd de derde slaaf ook nog verbannen naar een donker oord waar het slecht vertoeven was.
Toen ik dat verhaal hoorde dacht ik aan mezelf en aan de PG Emmen Zuid. En de mensen die daar, net als ik, bij betrokken zijn. Lid van zijn. Zich christen noemen. Ik vroeg me af met wie ik mij, als christen, zou mogen identificeren. Met de eerste slaaf die voor zijn heer veel had bereikt? Of misschien wat bescheidener met de tweede slaaf? Zou dat wel op mij van toepassing zijn? Of op ons? Of op de PG Emmen Zuid? Of moeten we misschien wel kleur bekennen. En maken we van onze talenten te weining gebruik, als het om de kerk gaat. Om ons christen-zijn gaat.
Ik vroeg me dat af ook met het oog op 29 november. Dan is er in de Opgang een avond voor alle leden van de PG Emmen Zuid om te praten over de toekomst van onze kerkelijke gemeente. Wat voor kerk willen we zijn Hoe willen we kerk zijn voor onze medemensen. Hoe willen we die boodschap van het evangelie verder vertellen en gestalte geven. Of met andere woorden: hoe kunnen we onze talenten gebruiken en inzetten als christenen in deze en onze wereld. Heel wat vragen om over na te denken dus…
De derde slaaf, echter, had zijn talent voor zich gehouden. Weggestopt en er niets mee gedaan. Bij de terugkomst van zijn heer gaf hij zijn talent terug. En daar was zijn heer niet blij mee. Integendeel. Hetgeen hij had gekregen werd de derde slaaf afgepakt en weggeven aan de slaven die wel hun best hadden gedaan. Wel hun heer hadden gediend. En alsof dat niet genoeg was werd de derde slaaf ook nog verbannen naar een donker oord waar het slecht vertoeven was.
Toen ik dat verhaal hoorde dacht ik aan mezelf en aan de PG Emmen Zuid. En de mensen die daar, net als ik, bij betrokken zijn. Lid van zijn. Zich christen noemen. Ik vroeg me af met wie ik mij, als christen, zou mogen identificeren. Met de eerste slaaf die voor zijn heer veel had bereikt? Of misschien wat bescheidener met de tweede slaaf? Zou dat wel op mij van toepassing zijn? Of op ons? Of op de PG Emmen Zuid? Of moeten we misschien wel kleur bekennen. En maken we van onze talenten te weining gebruik, als het om de kerk gaat. Om ons christen-zijn gaat.
Ik vroeg me dat af ook met het oog op 29 november. Dan is er in de Opgang een avond voor alle leden van de PG Emmen Zuid om te praten over de toekomst van onze kerkelijke gemeente. Wat voor kerk willen we zijn Hoe willen we kerk zijn voor onze medemensen. Hoe willen we die boodschap van het evangelie verder vertellen en gestalte geven. Of met andere woorden: hoe kunnen we onze talenten gebruiken en inzetten als christenen in deze en onze wereld. Heel wat vragen om over na te denken dus…